De laatste berichten over markttoezicht (en ander toezicht) lees je op de ToezichtTafel.
Categorie archief: Uncategorized
Promovendus: “Rol markttoezichthouders kan beter”
De rol van onafhankelijke markttoezichthouders als de AFM, NZa en ACM moet erkend en verbeterd worden. Dat stelt Adriejan van Veen in zijn proefschrift. Zo ontbreekt bijvoorbeeld vertegenwoordiging uit de consumenten- en patiëntenbeweging. Van Veen promoveert op 12 december aan de Universiteit Utrecht.
Lees hier meer.
Opgeslagen onder Uncategorized
Margot Aelen: publiek moet inspraak krijgen in markttoezicht
De publieke verantwoording door markttoezichthouders moet worden versterkt om maatschappelijk draagvlak te creëren. Zij moeten niet alleen informatie verstrekken, maar ook een (directe) vorm van inspraak bieden aan het publiek.
Dit schrijft Margot Aelen in haar proefschrift “Beginselen van goed markttoezicht. Gedefinieerd, verklaard en uitgewerkt voor het toezicht op de financiële markten“. Zij promoveerde op vrijdag 26 september aan de Universiteit Utrecht.
Volgens Aelen moeten markttoezichthouders hun stakeholders betrekken bij de invulling van open normen of bij de totstandkoming van beleid. Daarbij moeten ze wel capture voorkomen. Naast sectorvertegenwoordigers moeten ook consumenten (via representatieve organisaties) participeren in het toezicht. “Ik ben voor participatie van de markt maar wel met voldoende waarborgen voor onafhankelijkheid”, voegde ze tijdens de promotie toe.
Politiek
Ook het draagvlak in de politiek verdient aandacht. Om de politieke verantwoording te versterken zou de toezichthouder direct verantwoording moeten afleggen in het parlement. Toezichthouders dienen het recht te krijgen om daar op eigen initiatief te verschijnen. Het parlement moet de mogelijkheid hebben om de toezichthouder zonder tussenkomst van de minister ter verantwoording te roepen. Het zou ook betrokken moeten worden bij de benoeming van bestuursleden.
Tijdens de verdediging van haar proefschrift gaf Aelen aan dat directe verantwoording in het parlement ook risico’s heeft voor de onafhankelijkheid. De politiek moet zich bewust zijn van de eigen verantwoordelijkheid en toezichthouders niet voor elke “wissewasje” bij zich roepen.
Beginselen
Het proefschrift beschrijft de beginselen die richting geven aan het toezicht en de toezichthouder. Het richt zich daarbij in het bijzonder op vormgeving, inrichting en gedrag van het financiële toezicht zoals dat wordt uitgeoefend door De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten. Hoofdlijn is dat toezicht effectief, gelegitimeerd en behoorlijk moet zijn.
Verschillende dilemma’s komen aan de orde:
- institutionele onafhankelijkheid versus het belang van legitimiteit
- operationele onafhankelijkheid versus behoorlijkheidsnormen
- principle-based toezicht versus legitimiteit, behoorlijkheid en rechtszekerheid
- geheimhouding versus transparantie en verantwoording
- naming and shaming versus rechtswaarborgen
Onafhankelijkheid
In het Nederlandse bestel ontbreekt een duidelijke visie op onafhankelijkheid, oordeelt Aelen, die onafhankelijkheid ziet als een voorwaarde voor effectiviteit. Onafhankelijkheid voorkomt belangenverstrengeling (en capture) en creëert ruimte voor flexbiel toezicht.
De “institutionele onafhankelijkheid” van financiële toezichthouders is door de crisis afgenomen. “Een economische verslechtering veroorzaakt niet alleen een roep om meer en beter toezicht, maar ook een roep om meer controle op de toezichthouders.” Nu is er sprake van een “gedifferentieerd onafhankelijkheidsniveau”.
Aelen, nu toezichthouder bij DNB, toont er begrip voor dat minister en parlement invloed willen hebben op het financieel toezicht, juist vanwege de maatschappelijke impact. Bij beslissingen met een potentieel direct verstrekkend effect, moet de minister en het parlement een rol spelen.
Duidelijk
De rolverdeling tussen minister en toezichthouders moet wel duidelijk zijn. “Nauwe samenwerking tussen de minister en de toezichthouder mag niet leiden tot een feitelijke belangenverstrengeling tussen de toezichthouder en het politieke veld.”
Als het aan Aelen ligt, wordt nog eens kritisch gekeken naar de mogelijkheden van de minister. Die zou “in beginsel” geen goedkeurings- of vernietigingsbevoegdheden moeten hebben. Ook zou hij eigenlijk geen beleidsregels moeten vaststellen.
Transparantie
Aelen wil bekijken of de strenge geheimhoudingsplicht in het financiële toezicht kan worden versoepeld, maar zegt ook dat transparantie niet alleen een kwestie van wetgeving is. “Ook de toezichthouder zelf dient het uitgangspunt van transparantie nadrukkelijker te incorporeren in zijn cultuur.
Elke markttoezichthouder zou moeten beschikken over een “transparantiefunctionaris”, die een “doorslaggevende stem” krijgt in de afweging van de belangen van openbaarmaking en geheimhouding. “Dit verlicht de druk op de toezichthouders om een afweging te moeten maken en zorgt bovendien voor een onafhankelijk oordeel.”
Het wettelijke openbaarmakingregime in het financiële toezicht is nu een kwestie van alles of niets: de toezichthouder maakt alle informatie openbaar, of helemaal niets. Aelen pleit voor de mogelijkheid om anoniem besluiten te publiceren. “Op deze manier kan de toezichthouder tegemoetkomen aan het belang van transparantie en het waarschuwen van consumenten, zonder hiermee in strijd te handelen met het doel van toezicht” Zij beveelt ook aan dat toezichthouders de mogelijkheid krijgen om naast boetes ook andere formele maatregelen openbar te kunnen maken.
Wet markttoezicht
Op de markttoezichthouders is nu de Kaderwet zelfstandige bestuursorgane van toepassing. Aelen bepleit een bijzondere wet te maken, waarin ook specifieke voorzieningen voor specifieke sectoren kunnen worden getroffen. “De toezichthouder krijgt op deze manier een meer eigenstandige positie binnen de democratische rechtsstaat en de controle van de toezichthouder wordt evenwichtiger verdeeld.”
Opgeslagen onder Uncategorized
Nederland kritisch over versterking positie mededingingstoezicht
De Europese Commissie wil de positie van mededingingsautoriteiten versterken. maar Nederland voelt zich vooralsnog niet aangesproken. Dit blijkt uit de reactie op een mededeling van de Commissie.
De Commissie stelt dat de institutionele positie van nationale mededingingsautoriten moet worden versterkt. Er dienen Europese garanties te komen voor onafhankelijkheid, budgetten, bevoegdheden en boetes.
Ook Nederland vindt dat toezicht op de naleving van mededingingsregels onafhankelijk en effectief moet zijn, maar de Autoriteit Consument & Markt zou al “ruimschoots” voldoen aan de doelstellingen van de Commissie. Het kabinet verwacht dan ook “dat maatregelen niet tot (significante) aanpassingen van de institutionele positie of het pakket aan onderzoeks- en beslissingsbevoegdheden van de ACM zullen leiden.”
Als de Commissie ergens een probleem constateert, dan moet zij maar een aanbeveling formuleren. Ook zou het netwerk van Europese mededingingsautoriteiten kunnen worden versterkt.
Verder wil Nederland vooralsnog niet gaan:
“De grondhouding voor verdergaande maatregelen op EU-niveau is vooralsnog negatief omdat nog onvoldoende aangetoond is dat deze noodzakelijk en evenredig zijn”.
Eventueel kunnen de Europese regels worden aangescherpt, maar:
“Randvoorwaarde daarbij is dat deze geen afbreuk doen aan het Nederlandse stelsel van ministeriële verantwoordelijkheid, waarin de minister een systeemverantwoordelijkheid heeft voor ACM als zbo. Vergaande en gedetailleerde voorschriften aan de positie van de nationale mededingingsautoriteiten zouden mogelijk onnodig afbreuk kunnen doen aan dit evenwicht.”
Opgeslagen onder Uncategorized
Proefschrift: politieke visie nodig op onafhankelijkheid markttoezicht
De politiek moet een duidelijke visie op de onafhankelijkheid van markttoezicht ontwikkelen en deze verankeren in wetgeving. Dit stelt Margot Aelen, die op 26 september promoveert op “Beginselen van goed markttoezicht”.
“Vanuit de expliciete erkenning van het onafhankelijkheidsbeginsel als beginsel van goed toezicht kan vorm gegeven worden aan de beginselen van effectief en behoorlijk toezicht, en kan verder worden gebouwd aan de zelfstandige rol van markttoezichthouders in de maatschappij”, aldus het persbericht over de promotie.
Margot Aelen heeft gezocht naar beginselen van goed markttoezicht en werkt deze uit voor het financieel toezicht in het bijzonder. Zij constateert dat eisen aan markttoezicht niet altijd gemakkelijk te verenigen zijn. Moet toezicht vooral effectief zijn of juist democratisch gelegitimeerd en behoorlijk?
Aelen heeft gezocht naar beginselen die een brug slaan tussen verschillende perspectieven. Zij komt uit bij het onafhankelijkheids-, transparantie- en accountabilitybeginsel.
Meer informatie staat hier.
Opgeslagen onder Uncategorized
Toezicht als investeren in vernieuwing
Niet alleen ondernemingen maar ook markttoezichthouders hebben een nieuw business model nodig. Zij moeten investeren in verandering, de zittende macht uitdagen en ruimte maken voor nieuwe toetreders. Dit zei innovatie-expert Charles Leadbeater tijdens de conferentie “Innovation in Oversight / Oversight and Innovation”.
Met de conferentie vierde de Autoriteit Consument & Markt op 20 juni het 1-jarig bestaan. Het katoenen jubileum werd luister bijgezet met de opening door koningin Máxima. Op de agenda stond de vernieuwing van toezicht, inclusief de vraag hoe toezichthouders moeten omgaan met innovatie.
Undersight
Ben je de brandweerwagen of de rookmelder, was de keuze die Leadbeater aan zijn gehoor voorlegde. In zijn ogen is niet alleen “oversight” maar ook “undersight” nodig. Innovatie zit vaak in een klein hoekje. En dus moet een toezichthouder als de ACM op zoek naar de vernieuwers: “Get down to find them!”
Frustraties
Leadbeater pleitte voor “Regulation als public leaderschip”. Markttoezichthouders zouden de spirit van veranderaars binnen moeten halen. Hij wees er ook op dat verandering vaak daar begint waar consumenten gefrustreerd raken. En dus moeten toezichthouders frustraties stimuleren en consumenten mobiliseren.
Koningin Máxima had toen al een lans gebroken voor de versterking van de vraagkant van de markt: ‘Consumer empowerment’ is a necessary condition for well-functioning markets. For the full promise of financial inclusion to be realized, consumers need financial capability and protection.”
Dynamiek
De digitale transformatie maakt een nieuwe aanpak in regulering noodzakelijk, stelde Annet Aris, verbonden aan INSEAD. “Kun je toezicht houden op een bewegend doel”, was een dag later de titel van haar column in het Financieele Dagblad.
Moeten er bijvoorbeeld geen transatlatische regels komen? En kunnen we nog wel enkele jaren vooruit reguleren? Moet regulering nog steeds gericht worden op producten en diensten, of steeds meer op data?
Nudging
Eenvoud en gemak, dat is de richting waarin regulering zich moet ontwikkelen volgens Cass Sunstein, schrijver van de boeken “Nudge” en “Simpler”. Keuzes van mensen kunnen beïnvloed worden zonder ge- en verboden. Daartoe moet informatie bijvoorbeeld wel gemakkelijk vergelijkbaar zijn.
Sunstein was niet verrast door de mededeling dat in Nederland ook kritische geluiden klinken over nudging. Volgens de voormalig adviseur van president Obama dreigt deze ethische discussie nog wel eens “lost in abstraction” te raken. In de praktijk valt het reuze mee met het doembeeld van een Nanny State. Bij nudging mag geen sprake zijn van manipulatie; mensen behouden het recht zelf hun gedrag te kiezen. Sunsteins antwoord op de zorgen luidt: “volledige transparantie en democratische verantwoording”.
Maatregelen
Toezichthouders worden niet afgerekend op “nudging” maar op het aantal harde maatregelen zij hebben genomen, nuanceerde Sunsteins landgenoot Bill Kovacic. Volgens de voormalig voorzitter van de Federal Trade Commission moet de ACM zich vooral richten op marktfalen en zelf geen winnaars of verliezers in de markt aanwijzen.
Kovacic toonde zich positief over de fusie van drie toezichthouders tot ACM, maar noemde de combinatie van taken ook een “gok”, waarvan de bestemming onzeker is: “Synergie gaat niet vanzelf.” Ook het markttoezicht moet durven te experimenteren, evaluaties kunnen weer leiden tot nieuwe aanpassingen. “Innovatie is alleen mogelijk als we risico’s nemen.”
Deze blog is ook gepubliceerd op www.toezichttafel.nl
Opgeslagen onder Uncategorized
Advocaten willen biechteling kartel kunnen verhoren
Advocaten van verdachten van kartelvorming moeten kritische vragen kunnen stellen aan degene die het kartel heeft opgebiecht. Dit schrijft de Adviescommissie Mededinging van de Nederlandse Orde van Advocaten. De procedure bij de Autoriteit Consument en Markt zou zo’n getuigenverhoor mogelijk moeten maken.
De advocaten reageren op de zogenaamde clementieregeling, waarover minister Kamp van Economische Zaken een consultatie startte. Hij legt in deze beleidsregel vast hoe de ACM geldboetes kan verlagen voor degenen die zelf informatie aanleveren over verboden concurrentiebeperkende afspraken.
De Adviescommissie Mededinging constateert dat verdachten in een strafproces getuigen kunnen ondervragen, maar dat dit niet mogelijk is tijdens een hoorzitting van de ACM. Advocaten hebben niet de mogelijkheid tot het verhoren van een getuige die een clementieverklaring heeft afgelegd en zo zelf aan een (hogere) boete ontkomt. Juist de verklaring van een biechteling zou kritisch getoetst moeten worden:
“De clementieregeling bevat prikkels om verklaringen en bewijs over te leggen die een bijdrage leveren aan het kartelonderzoek. Dit kan ertoe leiden dat de clementieaanvrager het zekere voor het onzekere zal willen nemen en verklaringen kan afleggen betreffende gedragingen die niet noodzakelijkerwijs zijn aan te merken als een inbreuk op het kartelrecht. Met name diegenen die niet als eerste een kartel opbiechten hebben een prikkel om gedragingen ernstiger voor te stellen dan zij zijn teneinde bewijs te leveren dat “aanzienlijk bijdraagt aan het vaststellen van het kartel” en aldus een hogere korting op de boete voor zichzelf te verkrijgen.”
Minister Kamp heeft in totaal twee reacties gekregen op het consultatiedocument. Het is nog niet duidelijk of hij de clementieregeling aanpast. De regeling biedt de mogelijkheid van boetevermindering tot 100 procent.
Boetebeleidsregel
Ook het consultatieproces over een nieuwe beleidsregel over boetes is nu afgesloten. Hierop kwamen drie reacties binnen. Energienetbeheerders en T-Mobile uitten hun zorg over de ruimte die de ACM heeft bij het vaststellen van de hoogte van de boete.
Opgeslagen onder Uncategorized
OESO publiceert 11 principes over toezicht en inspectie
De OESO heeft “Best Practice Principles” gepubliceerd over toezicht en inspectie. In het rapport “Regulatory Enforcement and Inspections” geeft de internationale organisatie informele guidance over beleid, organisatie en instrumenten.
- Evidence-based enforcement
- Selectivity
- Risk focus and proportionality
- Responsive regulation
- Long-term vision
- Co-ordination and consolidation
- Transparent governance
- Information integration
- Clear and fair process
- Compliance promotion
- Professionalism
Lees hier het gehele rapport van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling.
Opgeslagen onder Uncategorized
Concurrentie in missie Autoriteit Consument & Markt
De Tweede Kamer heeft de missie van de Autoriteit Consument en Markt aangepast. Bij amendement is een zin aan de wettelijke doelomschrijving toegevoegd: “Zij bewaakt, bevordert en beschermt daartoe een effectieve concurrentie en een gelijk speelveld op markten en neemt belemmeringen daarvoor weg.”
Minister Kamp (Economische Zaken) had al een doelomschrijving opgenomen in het wetsvoorstel dat de instellingswet van de ACM aanpast:
‘De werkzaamheden van de Autoriteit Consument en Markt hebben tot doel het bevorderen van goed functionerende markten, van ordelijke en transparante marktprocessen en van een zorgvuldige behandeling van consumenten.’
Tweede Kamerlid Kees Verhoeven (D66) diende een amendement in omdat hij zich zorgen maakte over de rol van de ACM:
‘In tegenstelling tot zijn Europese pendant heeft de Nederlandse ACM in zijn missie-statement expliciet opgenomen dat welvaart van consumenten het ultieme doel van de fusieautoriteit is. De indiener wil expliciet duidelijk maken dat het lange termijn doel – welvaart vergroten voor de Nederlandse samenleving – vooral wordt bereikt via goed functionerende markten.’
Verhoeven baseerde de zin op de missie van het Europese directoraat-generaal Concurrentie: het beschermen van concurrentie en een competitief klimaat.
De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel met het amendement op 17 december aangenomen. Nu is de Eerste Kamer aan zet.
Opgeslagen onder Uncategorized
Kabinet komt medio 2014 met standpunt over kosten toezicht
Het kabinet wil medio 2014 een standpunt uitbrengen over het doorberekenen van toezichtkosten. Intussen vraagt het ministerie van Financiën reacties op het voorstel om de overheidsbijdrage in het financieel toezicht af te schaffen.
Het ministerie van Financiën is gestart met de consultatieprocedure over het voorstel om de kosten van het financieel toezicht volledig te laten betalen door de ondernemingen onder toeizcht van de Nederlandsche Bank en Autoriteit Financiële Markten. In het regeerakkoord is afgesproken de overheidsbijdrage af te schaffen. Volgens het voorstel moeten de toezichthouders boete-opbrengsten boven 2,5 miljoen afdragen aan de schatkist.
Standpunt
Het kabinet verwacht medio 2014 met een standpunt te komen over de doorberekening van toezichtkosten. In een brief laat staatssecretaris Mansveld (Infrastructuur en Milieu) weten dat zij inmiddels een advies heeft ontvangen van de Inspectieraad. “Daarnaast wordt momenteel in interdepartementaal verband het toetsingskader ‘Maat Houden’ uit 1996 tegen het licht gehouden.”
WRR
Het kabinet werkt ook aan een reactie op ‘Toezien op publieke belangen‘. In dit rapport constateerde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid een trend naar het bekostigen van toezicht door het verhogen van boeteopbrengsten of het doorberekenen van kosten aan de onder toezicht gestelden. De WRR beveelt aan: ‘Heroverweeg het uitgangspunt om toezicht in beginsel geheel uit de algemene middelen te betalen’:
‘Mits niet louter ingegeven door incidenten of ad hoc budgettaire motieven en met waarborgen voor behoud van onafhankelijkheid, verdient doorberekening van kosten en profijt van toezicht nadere overweging. Hierdoor is immers niet alleen adequate toerusting van het toezicht beter mogelijk, maar wordt ook een evenwichtiger verantwoordelijkheidsverdeling tussen overheid en onder toezicht gestelde partijen bevorderd. Daarbij verdient ook de mogelijkheid van uitbreiding van privaatrechtelijke aansprakelijkheid voor schade aandacht. Het is uiteraard niet de bedoeling dat meebetalen aan toezicht leidt tot een ongebreidelde groei van toezichthouders die de rekening kunnen neerleggen bij ‘klanten’ die geen keuze hebben.’
Reageren?
Welke lijn moet het kabinet kiezen? Wie betaalt het toezicht? De overheid of de onder toezicht gestelde?
Reageren kan via de ToezichtTafel.
Opgeslagen onder Uncategorized